Gekaapte brieven: Episodes uit de 17de-eeuwse Oostendse maritieme geschiedenis
Clynckemaillie, R.; Loy, M.; Ovenden, R.; Versluys, W. (2020). Gekaapte brieven: Episodes uit de 17de-eeuwse Oostendse maritieme geschiedenis. Stichting Kunstboek: Oostkamp. ISBN 978-90-5856-660-7. 215 pp.
Additional data:
|
|
Authors | | Top |
- Clynckemaillie, R.
- Loy, M., more
- Ovenden, R.
- Versluys, W., more
|
|
|
Abstract |
De Beminde ende Alderliefste huijsvrauwe Cath Cornelsen, Naer salut dient desen om Ul: te laeten weten Hoe dat wy noch ghevanghen sitten alhier tot Rochelle inden vermaledyden Torre, ende sitten nu in het doncker gat, dat wij gheen lucht en hebben dan een gat van een half voet groot, soo dat wij int midden vanden dach malcanderen niet en sien ende moeten alhier vergaen van luijsen, ende vande caude, ende bij nachte soo branter eenen lanterne om dat sij ons souden sien, daer bij ons wacht vande soldaeten staet, ende en vermoghen bij nachte vande ponton niet opstaen om ons ghevoegh te doen ofte sy dreijghen te schieten, zij hebben hier meecompassie met de honden, die lancx de straete loopen als met ons, (...) Deze dramatische boodschap bereikt in 1684 wel familie en lokale overheid in thuishaven Oostende. Het blijft een schrijnend fragment uit de maandenlange opsluiting van 58 Oostendse zeelui en kapers in de gevangenistorens van de havenstad La Rochelle in het zuidwesten van Frankrijk. Honderden andere over zee verstuurde brieven bereiken hun bestemming niet en eindigen na een kaping door de Engelsen, met de andere boordpapieren, in de depots van de Engelse Admiraliteit. In Gekaapte brieven ontvouwen de auteurs letterlijk de post gericht aan het thuisfront van Oostendse zeelui in 1664, waaronder tal van kapers. Oprechte getuigenissen in een roerig tijdsgewricht, want er is zoveel meer dan de roes van de ‘prijs’ na een glorieuze kaping. De vele brieven, van de hand van matrozen tot kapiteins, geven ook stem aan heimwee, (liefdes)verdriet, (wan)hoop, dromen, opinies, wensen, overtuigingen en emoties. Deze varende voorouders met namen als Cornelissen, Crabbe, De Bruyne, Mansvelt, Stove, Ocket, De Backer… hebben het binnen de intimiteit tussen pen en papier over geboortes, huwelijken, ziektes, achterklap, feesten, overspel en de altijd aanwezige dood. De brief van over zee als enig ‘teken van leven’ in een wereld waar een altijd onvoorspelbare zee families en verwanten maanden, dikwijls jaren, en soms zelfs voorgoed scheidt in tijd en ruimte. Dankzij deze selectie aan brieven krijgen ook de kleine (zee)man en de vergeten volksvrouw een stem in de ruimere economische, politieke en sociale (maritieme) geschiedenis van de 17de eeuw. |
|