Welkom op het expertplatform!
Dit platform verschaft informatie en kennis omtrent de WL expertisedomeinen 'hydraulica en sediment', 'havens en waterwegen', 'waterbouwkundige constructies', 'waterbeheer' en 'kustbescherming' - gaande van WL medewerkers met hun expertise, het curriculum van deze instelling, tot publicaties, projecten, data (op termijn) en evenementen waarin het WL betrokken is.
Het WL onderschrijft het belang van "open access" voor de ontsluiting van haar onderzoeksresultaten. Lees er meer over in ons openaccessbeleid.
one publication added to basket [64651] |
Beschrijving zandbalans Westerschelde en monding
Nederbragt, G.; Liek, G.-J. (2004). Beschrijving zandbalans Westerschelde en monding. Rapport RIKZ = Report RIKZ, 2004.020. RIKZ: Den Haag. 70 pp.
Deel van: Rapport RIKZ = Report RIKZ. Rijksinstituut voor Kust en Zee (RIKZ): s-Gravenhage. ISSN 0927-3980
| |
Trefwoorden |
Transport > Sediment transport ANE, Nederland, Westerschelde [Marine Regions] Marien/Kust |
Evenement | Top | Auteurs |
- Symposium Nut en Noodzaak van Westerschelde Kennis, meer
|
Auteurs | | Top |
- Nederbragt, G.
- Liek, G.-J.
|
|
|
Abstract |
Voor de beheerder van het Schelde estuarium, Rijkswaterstaat directie Zeeland, is het belangrijk om het bagger- en stortbeleid en het zandwinbeleid zo optimaal mogelijk in te richten. Hiertoe is inzicht in de zandhuishouding in zowel de Westerschelde als de monding gewenst. Een instrument om dat inzicht te verkrijgen is een historische zandbalans. In dit rapport wordt voor de Westerschelde en de monding (zowel het Nederlandse deel als het Belgische deel) de interne zandhuishouding opgesteld. Hieruit wordt vervolgens de zandbalans opgesteld, waarbij de ‘natuurlijke’ zanduitwisselingen tussen verschillende gebieden wordt bepaald, rekening houdend met de ingrepen (baggeren, storten en zandwinning) van de mens. Met de zandbalans is de import of export van zand van de Westerschelde en de monding bepaald. Daarnaast zijn ook de invloed van zeespiegelstijging en de 18,6 jarige cyclus in het getij, de zogenaamde autonome ontwikkelingen, onderzocht. Gezien het belang van de uitkomsten van de studie voor het toekomstige beleid is tenslotte ook de invloed van onzekerheden in de gebruikte gegevens en in de gebruikte aannames op de die uitkomsten bepaald. De studie toont aan dat de Westerschelde eind jaren ’80 van de vorige eeuw omgeslagen is van een zandimporterend naar een zandexporterend systeem. Ook de monding is vanaf die periode exporterend, echter hebben onzekerheden in de gegevens in het Belgische deel van de monding kwantitatief invloed op deze conclusie. Daarnaast wijst de zandbalans sinds 1997 op een toenemende zandexport vanuit de Westerschelde en een toename van het sedimenttransport van het westelijke naar het oostelijke deel van de Westerschelde. De autonome ontwikkelingen hebben geen aantoonbare invloed op de zandhuishouding in de Westerschelde: uit de lineaire trend kan geen duidelijke invloed op de zandbalans worden vastgesteld. Door middel van statistische analyse (bepaling van de correlatie) is geen significante relatie gebleken tussen de 18,6 jarige cyclus in het getij en de gemeten volumeveranderingen. De invloed van onzekerheden van gegevens en aannames op de uitkomsten van de zandbalans zijn weliswaar aanwezig, maar brengen geen verandering in het beeld dat de Westerschelde exporterend is. Wel verschuift het moment waarop de omslag van import naar export optreedt. Het rapport besluit met een aantal praktische aanbevelingen voor het verbeteren van de zandbalansen die in de volgende jaren gemaakt zullen worden. De meeste aanbevelingen hebben betrekking op het verbeteren van de betrouwbaarheid en beschikbaarheid van (historische en toekomstige) gegevens in het Belgische deel van de monding. |
IMIS is ontwikkeld en wordt gehost door het VLIZ.