Welkom op het expertplatform!
Dit platform verschaft informatie en kennis omtrent de WL expertisedomeinen 'hydraulica en sediment', 'havens en waterwegen', 'waterbouwkundige constructies', 'waterbeheer' en 'kustbescherming' - gaande van WL medewerkers met hun expertise, het curriculum van deze instelling, tot publicaties, projecten, data (op termijn) en evenementen waarin het WL betrokken is.
Het WL onderschrijft het belang van "open access" voor de ontsluiting van haar onderzoeksresultaten. Lees er meer over in ons openaccessbeleid.
Oligocene benthic foraminiferal zonation for the southern North Sea Basin
De Man, E.; Van Simaeys, S.; De Meuter, F.; King, C.; Steurbaut, E. (2004). Oligocene benthic foraminiferal zonation for the southern North Sea Basin. Bull. Kon. Belg. Inst. Natuurwet. Aardwet. = Bull. - Inst. r. sci. nat. Belg., Sci. Terre 74 suppl: 177-195
In: Bulletin van het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen. Aardwetenschappen = Bulletin de l'Institut Royal des Sciences Naturelles de Belgique. Sciences de la Terre. KBIN: Brussel. ISSN 0374-6291
| |
Trefwoorden |
Geological time > Phanerozoic > Geological time > Cenozoic > Paleogene > Palaeogene > Oligocene > Chattian Geological time > Phanerozoic > Geological time > Cenozoic > Paleogene > Palaeogene > Oligocene > Rupelian Foraminifera [WoRMS] België, Antwerpen (Provincie) [Marine Regions]; België, Limburg [Marine Regions] Marien/Kust |
Author keywords |
Foraminifera, Rupelian-Chattian boundary, Belgium, biostratigraphy |
Auteurs | | Top |
- De Man, E.
- Van Simaeys, S.
- De Meuter, F.
|
|
|
Abstract |
In the scope of the ratification of an international reference boundary for the Rupelian-Chattian transition, it is important to evaluate both stages in their original stratotype areas. In this study, quantitative analysis of benthic foraminifera of several boreholes in the historical Rupelian stratotype area enables recognition of biostratigraphic events in the upper Rupelian and the Chattian: we present a coherent biostratigraphic scheme for the Oligocene southern North Sea Basin. The Rupelian-Chattian interval is subdivided into eleven biozones, of which the lowermost four (interval I-IV) were defined by GRIMM & STEURBAUT (2001) and the overlying seven (interval V-XI) are newly defined herein. A correlation between the Oligocene benthic foraminiferal zonation scheme for the southern North Sea Basin and the adjacent areas is established. Finally, some potential problems for the future decision on an international reference boundary for the Rupelian-Chattian are discussed. |
IMIS is ontwikkeld en wordt gehost door het VLIZ.