one publication added to basket [332057] | Telmatogeton japonicus - Japanse dansmug
VLIZ Alien Species Consortium (2020). Telmatogeton japonicus - Japanse dansmug, in: Verleye, T. et al. Niet-inheemse soorten in het Belgisch deel van de Noordzee en aanpalende estuaria. VLIZ Special Publication, 86: pp. 335-340
In: Verleye, T. et al. (2020). Niet-inheemse soorten in het Belgisch deel van de Noordzee en aanpalende estuaria anno 2020. VLIZ Special Publication, 86. Vlaams Instituut voor de Zee (VLIZ): Oostende. ISBN 9789464206005. 623 pp., meer
In: VLIZ Special Publication. Vlaams Instituut voor de Zee (VLIZ): Oostende. ISSN 1377-0950, meer
Is gerelateerd aan:VLIZ Alien Species Consortium (2011). Japanse dansmug - Telmatogeton japonicus. Niet-inheemse soorten van het Belgisch deel van de Noordzee en aanpalende estuaria. VLIZ Information Sheets, 73. Vlaams Instituut voor de Zee (VLIZ): Oostende. 5 pp., meer
Is gerelateerd aan:VLIZ Alien Species Consortium (2022). Telmatogeton japonicus. Niet-inheemse soorten in het Belgisch deel van de Noordzee en omliggende estuaria = Non-indigenous species from the Belgian part of the North Sea and estuaria. VLIZ Alien Species Consortium (VLIZ): Oostende. Diff. pag. pp., meer
| |
Trefwoord |
Telmatogeton japonicus Tokunaga, 1933 [WoRMS]
|
Project | Top | Auteur |
- Niet-inheemse soorten in het Belgisch deel van de Noordzee en omliggende estuaria, meer
|
Auteur | | Top |
- VLIZ Alien Species Consortium, meer
|
|
|
Abstract |
De Japanse dansmug Telmatogeton japonicus was oorspronkelijk enkel bekend van de Japanse kusten en Hawaï. De internationale scheepvaart is welicht verantwoordelijk voor de verspreiding van deze soort naar Europa en de oostkust van Noord-Amerika. Deze exoot werd in 2004 voor de eerste keer in Belgische wateren waargenomen, op boeien vóór de kust. De larven van de Japanse dansmug groeien in kokers, vastgehecht aan harde ondergronden, en komen voor vanaf het bovenste gedeelte van het intergetijdengebied tot de spatzone. De windmolenparken langsheen de Europese kusten vormen een ideale niche voor deze soort: op de funderingen van sommige windturbines groeien tot 4.000 larven per m2. |
|