Over sulfaatreductie en het voorkomen van Fe in het wad
Hamer, R.J. (1970). Over sulfaatreductie en het voorkomen van Fe in het wad. NIOZ-rapport, 1970(1). Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee: Texel. 32 pp.
Deel van: NIOZ-rapport. Netherlands Institute for Sea Research (NIOZ): Den Burg. ISSN 0923-3210, meer
| |
Abstract |
Er is experimenteel nagegaan of Fe uit, met Fe verrijkt, zeewater o.i.v. sulfaatreductie wordt vastgelegd in sediment. Hiertoe is zeewater gepercoleerd door sediment in aeroob en anaëroob milieu, onbeënt en beënt met Desulfovibrio desulfuricans. De Fe-concentratie in het zeewater werd gemeten m.b.v atoomabsorptieapparatuur, Ondanks buffering bleef de Fe-concentratie in het zeewater afhankelijk van de pH. Een beschrijvend onderzoek betrof de zonering van het waddensediment in verticale doorsnee. De zonering is afhankelijk van de toestand van Fe; in de bovenste laag is het geoxydeerd bruine oxydatielaag), in de volgende laag is het door aanwezigheid van H2S ontstaan door sulfaatreductie, als FeS neergeslagen (zwarte reductielaag), in de onderste laag is het FeS2 geworden (grijze reductielaag). De dikte van de oxydatielaag is bepaald met: A. verzilverde koperplaten, die verkleuren bij aanwezigheid van H2S B. een doorzichtige wadboor A. De methode is aangepast aan zeewater en het bleek, dat deze methode alleen te gebruiken is gedurende de zomermaand en in slikkige wadden. C. Naast de 3 zones is op het hoogwad een 4e onderscheiden, nl. een gemengde, geoxydeerd/gereduceerde laag, die ontstaat door de activiteit van de zeepier (Arenicola). Verder is dichtbij de geul de dikte van de oxydatielaag afhankelijk van erosie en sedimentatie. |
|