Overslaan en naar de inhoud gaan
Publicaties | Personen | Instituten | Projecten
[ meld een fout in dit record ]mandje (0): toevoegen | toon Print deze pagina

Koploperproject LTV-O&M - Thema Veiligheid: deelproject 2. Sterkte-zwakte analyse van de methoden waarmee de maatgevende condities en de fysische gevolgen van overstromingen langs het Schelde-estuarium worden bepaald in Nederland en in Vlaanderen
Asselman, N.E.M.; Coen, L.; Diermanse, F.L.M.; Groeneweg, J.; Jeuken, C.J.L.; Peeters, P.; Sperna Weiland, F. (2007). Koploperproject LTV-O&M - Thema Veiligheid: deelproject 2. Sterkte-zwakte analyse van de methoden waarmee de maatgevende condities en de fysische gevolgen van overstromingen langs het Schelde-estuarium worden bepaald in Nederland en in Vlaanderen. Rijkswaterstaat. Rijksinstituut voor Kust en Zee: [s.l.]. 115 pp.

Beschikbaar in  Auteurs 
Documenttype: Eindrapport

Trefwoorden
    Hazards > Weather hazards > Floods
    Methodology
    Modelling
    Brak water

Project Top | Auteurs 
  • LTV O&M Veiligheid 2007, meer

Auteurs  Top 
  • Asselman, N.E.M., meer
  • Coen, L., meer
  • Diermanse, F.L.M., meer
  • Groeneweg, J.
  • Jeuken, C.J.L., meer
  • Peeters, P., meer
  • Sperna Weiland, F., meer

Abstract
    In het kader van de Lange Termijn Visie voor het Schelde estuarium (LTV) is o.a. een streefbeeld voor de hoogwaterbescherming vastgelegd door de Nederlandse en Vlaamse overheid. Binnen dit onderdeel van hel LTV O&M project is een vergelijking gemaakt tussen de Vlaamse en Nederlandse methoden voor het afleiden van de kans op en de fysieke gevolgen van overstromingen.
    De methoden waarmee beide landen to t maatgevende condities komen vertonen verschillen. Bij het maken van een vergelijkende overstromingsvoorspelling zijn de Vlaamse maatgevende condities gekozen die horen bij een terugkeerperiode van 4000 jaar (T4000) . Deze zijn vergel ijkbaar met de Nederlandse condities die horen bij een jaarlijkse overschrijdingskans van 1/4000 jaar . Zowel voor het gebied in Vlaanderen als in Nederland liggen de Vlaamse T4000 condities lager, maximaal circa 15 centimeter.
    Het belangrijkste verschil tussen de Nederlandse en de Vlaamse aanpak van modelleren van overstromingen is de keuze voor SOBEK2D in Nederland en MIKE11 in Vlaanderen. SOBEK2D is een 2D hydraulisch model dat volledig gekoppeld is aan hel 1D flow model. Hierdoor kan SOBEK een ruimtelijk beeld van stroomsnelheden geven. In de Vlaamse quasi 2D aanpak die gekoppeld is aan GIS verloopt dit anders. In GIS worden de resultaten berekend in de 1D link channels, met behulp van een DTM omgerekend in overstromingsdieptes.
    De modelresultaten verschillen aanzienlijk. Hieruit kan nog niet geconcludeerd worden of één van de methodes de voorkeur heeft. Wel zijn enkele voordelen van beide methoden naar voren gekomen. De rekentijd van het MIKE11 model is circa 15 keer korter. Het voordeel van SOBEK2D is daarentegen dat een ruimtelijk beeld van stroomsnelheden gegeven kan worden. Daarnaast is de modelschematisatie in SOBEK2D eenvoudig op te zetten, aangezien het DTM als basis/overstromingsreservoir dient, terwijl MIKE11 vraagt om een expliciete schematisatie van de compartimenteringen.

Alle informatie in het Integrated Marine Information System (IMIS) valt onder het VLIZ Privacy beleid Top | Auteurs